Ongeveer twee jaar geleden zag ik Chris weer. Een oud collega bij de gemeente Spijkenisse. Eigenlijk zag hij mij. Hij was net als mijn vrouw en ik ook samen met zijn vrouw op uitnodiging van de FNV in diergaarde Blijdorp. Tot onze grote verbazing bleken we vijfentwintig jaar lid te zijn en werden we gehuldigd. Net als ik had hij er geen enkele behoefte aan, maar Blijdorp is altijd leuk. Net als die soldaat die in militaire dienst moest. In de kazerne aangekomen werd hem gevraagd wat hij kwam doen. “Weet het niet”, zei hij “en het interesseert me ook helemaal niet”. Ik kreeg een brief met daarin een spoorkaartje. Zonde omdat niet te gebruiken hè”.
Chris en Joke, heel gezellige mensen waarmee het lekker kletsen was. Van koetjes en kalfjes tot boten en treinen.
Chris was ‘gezegend’ met een uitzonderlijk IQ, iets waar hij niet goed mee om kon gaan. Grootste probleem was misschien wel dat hij altijd teveel kind was gebleven. Het leven moest en zou leuk zijn. Niet dat hij verantwoordelijkheden uit de weg ging, hij liep er wel graag met een boogje omheen. Een gesprek met hem deed je niet zomaar. Hij was altijd een aantal stappen verder met denken. Dat speelde hem nogal eens parten. Terwijl hij al wist wat er kwam wilde je toch nog iets uitleggen. Daardoor kwam hij vaak warrig over. Hij was niet warrig, hij zat op een andere tijdlijn die bijna niet te volgen was.
Chris was een wonderkind. Hij kon geweldig tekenen, bouwen, leren, niets doen {heel even dan} en bier drinken.
We zaten ooit samen in een keet. Moesten grond bouwrijp maken in groeistad Spijkenisse. Hij tekende een prachtig schip op de wand. De keet werd daarmee tien maal zo duur. Onze chef in die tijd zag de tekening en was onder de indruk. “Joh”, vroeg ik, “als je er nu eens een lek intekent”? En zowaar, de lul deed het. Moet je chef voor zijn.
Gelukkig bleef hij nooit zo lang. Wist niet zoveel raad met mijn maatje. Toen Chris weer in de keet kwam, hij wist altijd precies wanneer een chef weg was, vertelde ik hem van het lek in zijn schip. Nog nooit heb ik hem zo hard horen lachen. De tekening was snel uitgewist en hetzelfde schip werd zinkend afgebeeld. De volgende dag kwam chefje weer op bezoek. Hij keek met verbazing naar het zinkende schip, en ik vertelde hem dat het zijn schuld was en hij zoiets nooit meer moest doen.
Chris had geprobeerd in Delft aan de TU scheepsbouwkunde te studeren. Was niet gelukt. Lag echt niet aan hem. De studie duurde veel te lang. Hij had zoveel tijd over dat zijn kattenkwaad hem de kop kostte. Als die lamlullen in Delft hem goed hadden ingeschat hadden ze hem die studie in twee jaar laten doen. Nu verveelde hij zich.
Na Delft moest hij toch wel iets en ging maar naar de HTS om weg- en waterbouw te doen. Gelukkig had hij zoveel voorsprong op de rest dat hij er maar weinig tijd voor nodig had en dus minder tijd voor verveling.
Op enig moment hoorde hij dat er een paar chefjes al jaren moeite deden om de studie cultuurtechniek af te ronden. Met zijn chefhaat besloot hij dezelfde studie aan te vragen en tegelijkertijd vroeg hij examen aan. Drie maanden had hij nodig om die studie te maken en te slagen. Hij zette de hele staf voor aap. Die zijn er natuurlijk nooit gelukkig onder geworden.
Met zijn vrouw samen was er een huisje gekocht in Zuidland. Aan de Stationsweg. Als echte treinliefhebber moest dat natuurlijk de Stationsweg zijn. Waar het station ooit geweest zou moeten zijn is me nog steeds een compleet raadsel, maar niet voor Chris. Er was wat grond bij, en hij kon zich uitleven. Van een eenvoudig huisje maakte hij een waar kasteel. Hij bouwde maar aan, op, over en naast. Voor weinig geld had hij op een keer een bootje gekocht. Hij wist niet precies waar dat te laten dus, bouwde hij maar een botenhuis. Niet zo maar iets! Een compleet gefundeerd en gemetseld huisje waar de kinderen ook nog leuk konden spelen.
Twee kinderen hadden Joke en hij. Eric en Nienke. Allebei delen ze belangrijkste eigenschappen van hun pa en ma. Het studievermogen van pa, en het beroep van hun ma. Joke werkte als operatieassistente in ziekenhuizen. Hun kinderen zijn allebei afgestudeerd arts. Eric heeft in zijn ziekenhuis in Genk -België- zijn vader nog wat kunnen bijstaan.
In Blijdorp vertelde Chris onder het genot van een glaasje wijn dat hij waarschijnlijk lever-kanker had. Vorige week is hij daaraan overleden. Nog twee jaar kreeg hij. Vierenzestig jaren oud, maar voor honderdachtentwintig jaar geleefd, Chris Dekker wordt nooit vergeten, tenminste niet door mij,
T©n van Dongen

Jemig, vervelend nieuws. Ik zal ‘m ook niet vergeten en dat is toch best bijzonder voor een collega van je vader!
Hallo Ton,
Mooi verhaal van Chris, zeg maar gerust een heel mooi in memoriam
Wat een markante kerel was het toch die Chris, zonde dat hij er niet meer is
groetjes TJ