Vakantie 2006
25 juni 2006

Mooi, gaan we weer, caravannetje gepakt, autootje volgeladen, portemonnee gevuld, Riek gezegd waar ze moest gaan zitten, poes op de achterbank, en wegwezen. Op zondag 30 april 2006 vertrekken we richting Frankrijk, en zoals gewoonlijk doen we dat via Duitsland.

Saarburg wordt het. Camping Waldfrieden, of te wel Boslust in mijn Nederlands. Komen we prima op tijd aan, juist als de middagrust is afgelopen. Zoeken een goede plaats uit en stallen de caravan. Schotelantenne gericht en ontvangen weer de hele digitale wereld. Hadden al besloten de eerste paar dagen niet te koken maar uit eten te gaan, en vragen de campinghouder hoe ver het lopen is naar het centrum van Saarburg.

Ein viertel stunde krijg ik te horen waarmee onmiddellijk wordt aangegeven dat het boeren zijn. Geen gewone, maar Duitse superboeren. Ein viertel stunde is bij de Hollandse boer een stief kwartiertje. We zouden ook nog geluk hebben want er was feest in de stad. Saarburg stond helemaal vol met kraampjes, en alle winkels waren open. We lopen er dus drie kwartier over en komen versleten aan, maar, we hebben dan wel hon-ger. Besluiten toch maar eerst alle vijf de kraampjes te bekijken en gaan ook die twee winkels in.

Het eten daarna was heerlijk, je kunt van Duitsers zegen wat je wilt, en het meeste klopt ook, maar koken kunnen ze. Genoten van de maaltijd, natuurlijk met een goed glas bier, en daarna liepen we in een goed uur terug naar de camping. Terug ging het hol op.

Op maandag de omgeving bekeken en door Luxemburg getoerd, gelijk getankt, en ‘s avonds op de camping gegeten. Was niet zo ver lopen. Dinsdag rustig aan gedaan en lekker verbrand, voor we op woensdag doortrokken naar camping Au Mica in Corcieux middenin de Franse Vogezen.

Om mijn Frans wat op te halen een half uur met de Drentse boerin staan praten, en zo kwam ik nog heel wat te weten. De Vogezen zijn mooi, heel erg mooi. Vooral het plaatsje Colmar. Je waant je in de middeleeuwen met al dat pittoreske. Prachtige steegjes en pleintjes met ongelooflijk veel winkeltjes met vooral antiek.

Na Colmar trekken we richting het noorden en slaan af om dwars door een natuurgebied weer richting de camping te gaan. We gaan daar zeker weer eens terug komen. Laatste dag in de avond nog een paar druppels regen gehad, riep Riekie nog, maar ik had al gemerkt dat mijn koffie nat begon te worden. Ook daar hebben we drie fijne dagen gehad voor we zaterdag de 6e doortrokken naar richting Le Bourg-D’Oisans, aan de voet van Le Alpe-D’Huez. Weten nog niet of we het in één keer rijden of nog een tussenstop maken met een overnachting, maar het rijdt zo voorspoedig dat we de 535 km vol maken en aankomen op camping La Cascade in Le Bourg-D’Oisans.

Ben inmiddels wel heel blij geworden met mijn Tom Tommetje. Het wijst ons feilloos de weg en het scheelt steeds weer heel wat omrijden. Oké, staan dus weer op een nieuwe camping in een plaats waar we al sinds negentien-honderd-vijf-en-zeventig komen, en alles is weer vanouds als nieuw.

Prima camping, heel goed sanitair, lijkt op een parkeerterrein, praktisch geen privacy, en we zijn weer gelukkig. Zondag de voortent opgezet, en dat valt toch niet meer mee. Deed ik vroeger in tien minuten, ben er nu al snel een stief kwartiertje oftewel ein viertel stunde mee bezig. Maar ja, als je zoals ik een fanatieke toeschouwer ben van hoc-keywedstrijden, kom je al snel in het rijke bezit van twee tennisellebogen en drie voetbal-knieën. Kan niet volgens de artsen? Drie voetbalknieën? Anatomisch onmogelijk? Kan dus wel! Ik bedoel, zij zijn arts, en ik de patiënt! En wie weet het dan beter? Juist! Ik! De patiënt.

Heb van mijn rechterknie twee maal zoveel last als van mijn linkerknie. En hoeveel is twee plus één? Bedoel maar. Zien zondagavond Ajax de beker winnen van PSV. Krijg je uiteraard Danny Blind in een interview. Wat een eikel. Weet zogenaamd nog niet dat hij de zak krijgt, maar vertelt alvast wel een onzin verhaal. Ajax? Dat is niet het bestuur. Niet de directie. Niet de trainer. Niet de spelers. Ajax: dat zijn de supporters. Dom. Wat is Danny dom. Bedoel, als hij daarin gelijk zou hebben dan wordt Feyenoord in 2007 kampioen en wint de beker. Winnen in 2008 de Championsleague en de wereldbeker en dat blijft dan zo tot tenminste het jaar 2100. Ze hoeven alleen maar hun wedstrijden te spelen op een weilandje in de buurt van Beverwijk en verliezen nooit meer. Krijgt die Rinus Michels ook eindelijk gelijk met zijn uitspraak dat voetbal oorlog is.

Na elke wedstrijd wordt er tenminste één tegenstander begraven en dat dunt lekker uit. Nee, Blind ziet het niet zo goed meer. Moet maar Damesvoetbal gaan trainen.

Maandag gaan we Le Alpe-D’Huez op en komen niet boven. Bij bocht acht moeten we terug om reden dat er teveel sneeuw en ijs op de weg ligt. Het weer is nogal wisselvallig en je kunt niet inschatten hoe het over een uur is. Als het beneden (op 600 m hoogte) regent, sneeuwt het boven. Camping La Cascade is overigens niet onze echte bestemming, dat is camping Belledonne in Rochetaillee, een kilometer of acht voor Le Bourg-D’Oisans.

De camping van de familie Arnaud waar we eigenlijk naar toe willen. Daar waren we voor het eerst in 1975. En daar hebben we banden mee. De campinghoudster Monique, haar man, monsieur Le ingenieur, van wie ik tot op heden niet weet hoe hij van voren heet, dochter Kristél en zoon Laurent. Daar willen we heen, maar die camping gaat pas op maandag de 15e open.

Tot die tijd vermaken we ons met uitstapjes naar Grenoble, weten we gelijk waar onze oudste dochter Fredy op 11 mei op de Place de la Gare gaat aankomen. Hetzelfde plein als waar we onze jongste dochter Nathalie in 1994 op de TGV hebben gezet omdat ze naar een popconcert moest in België.

We gaan eens naar Briancon en rijden dan via Gap en La Mure over de route Napoleon terug naar huis. Fredy komt de 11e ‘s morgens precies op tijd aan in Grenoble. Slechts anderhalf uur te laat. Hadden een kleine aanrijding gehad in Lyon. Is normaal in Frankrijk. Ze brengt wel de zon mee zoals ze had beloofd. En, met die zon ook haar goede humeur, zoals gebruikelijk. Wordt heel gezellig.

Met zijn drieën genieten we van het opeens mooie weer, zien de omgeving, nemen we een kijkje op camping Belledonne waar we vast aangeven dat we op maandag de 15e gaan aankomen en op welke plaats we graag willen staan, en alles is mooi. Hebben daar wel een manager aangesteld die ons vertelde dat de familie Arnaud haast nooit meer op de camping kwam. Jammer. Weet eigenlijk niet meer zoveel van die paar dagen voor we naar Belledonne gingen.

Oké, Riek soms ook niet meer. Was wel eens in de war. Gaf me een keer een verkeerde onderbroek, die ik snel verwisselde. Een man trekt toch geen onderbroek aan waarvan de gulp aan de achterkant zit? Is niet makkelijk, en als je nodig moet plassen ben je snel te laat. Nee, ik heb genoeg goede en dan gooi je de foute gewoon weg. Toch?

Of de keer dat ik met de afwas lekker stond te kletsen met een medekampeerder. Man kletste lekker, maar keek nogal raar uit zijn ogen. Halverwege snapte ik het. Stond de vaat af te drogen met mijn T-shirt. De afdroogdoek zat aan de andere kant in mijn broekriem. Weiger theedoek te schrijven! Als er een theedoek bestaat, moet er ook een koffiedoek enz. bestaan.

Op maandag dus naar camping Belledonne en het was goed. We kwamen gewoon thuis. Gingen de omgeving bekijken voor de zoveelste keer maar alles daar is zo mooi, dat je er nooit genoeg van krijgt. Zijn een paar keer naar Briancon geweest met Fredy, de eerste keer zag ze daar in Les Halles een leuke skatebroek voor Mandy, maar kocht hem niet. Op de terugweg naar de camping nog een vos gezien wat altijd leuk is. Die skatebroek kocht ze de tweede keer wel want ze kreeg er toch wel spijt van, en het was maar 75 km van de camping vandaan dus gingen we er nog een keer heen. We kwamen er gelukkig precies op tijd aan. Twaalf uur. De winkel ging net dicht. Om twee uur zou die weer zijn deuren ope-nen. Nou ja, kwam wel goed uit.

Ik wilde graag naar Sestriére, het plaatsje in Italië waar de Olympische winterspelen voor een groot deel werden gehouden en dat was maar een goede twintig kilometer daarvan-daan. Schitterende weg en heel mooi daar op ruim 2600 m hoogte. Daar wat gegeten en gewandeld en weer terug naar Briancon waar de winkels al lang weer open waren en die broek gekocht.

Vrijdag de 19e moest Fredy weer naar huis en we hadden nog steeds niemand gezien van de familie Arnaud. Dus de manager maar het adres gevraagd, in het tomtommetje gestopt, en zo kwamen we bij hen aan de deur in St. Martin D’Uriages. Niemand te zien, maar Fredy hoorde stemmen en belde brutaalweg aan. Monique Arnaud kwam aan de poort, keek wat vreemd, maar toen Fredy zich voorstelde ging haar mond wijd open en rende ze weg om de poort te openen. Allemaal kussen en begroetingen. We moesten uiteraard binnenkomen en hebben een half uurtje zitten kletsen onder het genot van een glaasje vruchtensap. Was heel leuk, maar ja Fredy moest naar de bus en die wachtte niet. Hadden ruim de tijd genomen om niet te laat te komen, en hadden die ook hard nodig.

Grenoble op vrijdagmiddag is verkeerstechnisch een puinhoop waar je niet makkelijk op je plaats van bestemming komt. Om 18:00 uur vertrekt de bus met Fredy zeer redelijk op tijd en we blijven samen achter. Missen haar gelijk. Zeker de zaterdag erop, als blijkt dat ze het mooie weer ook maar weer mee naar huis heeft genomen. Het regent letterlijk tot in de nacht toe. Dus, in de regen de voortent afgebroken, alles in de kratten gedaan, met mijn campingchequegoldcard betaald “koste wel een half uur, was daar voor het eerst” en zondag op weg naar Frontignan plage in de buurt van Montpellier. Zijn amper de Alpen uit of de zon gaat schijnen en blijft schijnen. De temperatuur gaat richting de dertig graden en blijft dat ook. Heerlijk.

De camping ligt direct aan het strand, en we hoeven nog geen 50 meter te lopen en liggen op een prachtig strand. Rond een uur of vijf in de middag ben ik zo nieuwsgierig of Heren I van Hockey Vereniging Spijkenisse kampioen zijn geworden, dat ik besluit een sms-je te sturen naar Ruud Smits. Die weet altijd alles als eerste. Deze keer niet. Zal nooit aankomen. Helaas.

Op zondagavond krijg ik van Fredy een sms-je waarin staat dat ze nog niets weet over het kampioenschap, maar dat er wel een overlijdensbericht op de site van Hockey Vereniging Spijkenisse stond. Ruud Smits was een paar dagen er voor overleden. Als een mokerslag komt dat aan. Dat ik Ruud nooit meer zal zien, niet eens in staat ben afscheid van hem te nemen. Het doet pijn, echt pijn, Ruud was een beetje familie. Kan me gewoon niet voorstellen dat hij er niet meer is.

Die grote man, krom lopend van de reuma, moet veel pijn gehad hebben, maar er kwam nooit een klacht over zijn lippen. Zwaar suikerpatiënt, kwam altijd op het fietsje naar de hockey. Ruud weg. Twee-en-zestig, te jong. Zijn maar weinig mensen die te vroeg sterven, de meesten gaan te laat. Rust zacht jongen, je hebt het verdiend.

Op maandag hoor ik van Fredy dat Heren I toch kampioen is geworden en ben ik weer een beetje gelukkig. Het leven gaat immers gewoon door en misschien weet Ruud het ook wel. We blijven een week bij Montpellier, bezoeken de stad zelf gaan eens kijken in Aigues Mortes waar onze poes in 1993 de wijsvinger van mijn rechterhand stuk beet en mij zo zes weken het ziekenhuis in hielp vlak, nadat er was ingebroken in onze caravan. Zien vele honderden flamingo’s, bezoeken Seté en Agde en hebben het naar onze zin. Op donderdag doet Riek mijn haar bewerken richting zomerstand, en op vrijdag heb ik bijna blaren op mijn zo goed als kale kop. Was mijn pet vergeten in die bloedhitte en dus verbrand op mijn hersenpan. Merkte het pas onder de douche.

Na een kleine week begint ons zigeunerbloed weer onrustig te worden en op zaterdag vertrekken we naar Argeles-Agost. Kom bij het aankoppelen van de caravan nog wel even met de achterkant tegen een boompje aan waarbij de bumper van de caravan gedeeltelijk los scheurt, maar dat gebeurt elk jaar wel en dat repareer ik wel op de volgende camping. Camping Le Trois Vallees, die toevallig op het kruispunt van drie valleien ligt, even buiten Lourdes.

Waren we eerder geweest en dat was goed bevallen. Allemachtig het heilige Lourdes. Begin het nu ineens te beseffen. Wij zijn voorbestemd. Twee jaar geleden bezochten we Santiago de Compostella, vorig jaar op audiëntie in Vaticaanstad, en nu Lourdes? Ben niet eens katholiek! Wil ik ook niet worden, zijn bijna allemaal gehandicapt. Het katholicisme kan nooit goed voor een mens zijn. Hier in Lourdes zie ik alleen maar zielige mensen steunend op stokken of liggend op brancards, en allemaal hopend op het wonder van Bernadette, die daar woonde, leefde en bloed zag “volgens mij was ze ook nog voetbalsupporter”, maar in de buurt van Parijs begraven ligt. Voor haar hoeft het dus niet. Niet in Lourdes.

Gaan ook nog naar de de Tourmalet, de beroemde col op ruim tweeduizend meter hoogte in de Pyreneeën. Zien het borstbeeld van Sjakie Goddet, die staat te vernikkelen van de kou. Blijft een mooie weg naar die col. Heen koeien op de weg, terug hebben we ook nog een paar honderd schapen op visite. Maak je alleen daar mee. Snap niet dat ze tijdens de Tour de France niet in beeld komen.

Gaan ook nog naar Donjon les Aigle, maar daar sluiten ze in de middag, en dat gaat dus niet door. Vinden het na vijf dagen wel genoeg en gaan terug naar de kust, die mooie kust, die kust waar je altijd terug komt als je er eens bent geweest.

Bidart, even buiten Biarritz. Camping Pavillion Royal. Uitzicht over de Golf van Biskaje en mooi? Geweldig. Eens geweest en je bent verliefd. Op donderdag voor Pinksteren komen we daar aan en zijn gelijk weer verliefd. Uiteraard op de camping en het uitzicht. Fantastisch, vlak bij Biarritz, St. Jean de Luz, San Sebastian en Bayonne. Vanaf de camping kun je via een afgesloten poort door middel van een pasje via een trap naar het strand. Heerlijk. Als we tweede pinksterdag heerlijk op het strand liggen krijgt Riek trek in een biertje. Gaat ze ook gewoon halen. Bij de caravan gekomen is ze de sleutel vergeten en moet nog een keer heen en weer. Gaat niet goed. Op de trap glijdt ze uit en komt op haar kont terecht, maar haalt ook haar linkervoet open aan een betonnen rand en loopt wat schaafwonden op aan haar bovenbenen. Laat ze lachend zien als ze de sleutel vraagt. Heeft dan nog niets op nota bene.

Bovenaan de trap zitten vier strandwachten die de wond aan haar voet opmerken en ze wordt onmiddellijk verzorgd. Wond wordt goed schoongemaakt en wat afgeplakt. De vol-gende dag trekt haar voet en ik besluit de tape te verwijderen. Schrik toch wel even, de wond is een behoorlijke scheur en vrij breed. Hebben de strandwachten toch niet helemaal goed gedaan. Breng zelf twee zwaluwstaartjes aan, een kompres erop en een goed verband.

Ziet er professioneel uit. Heb niet voor niets sinds jaren mijn EHBO diploma. Het geweldige verband van mijn schoonmoeder wat ze kreeg toen ze probeerde in mijn bus te stappen, er weer uitlazerde en haar been zo openhaalde dat ze in het ziekenhuis behandeld moest worden en toen voorgeschreven kreeg hielp ook wel een beetje. Als het op is lazer ik ze gewoon weer de bus uit.

Na twee dagen gaat het verband eraf en blijkt er nogal wat wondvocht te zijn. Een emmer zo heet mogelijk water met afwasmiddel gemaakt en haar voet er twintig minuten in. Daarna opnieuw verbonden. Op woensdag gaan we door naar camping Le Petit Nice naaste het duin van Pyla, het hoogste duin van Europa.

Ook daar zijn we eerder geweest, maar je ontkomt er niet aan zo regelmatig op een zelfde camping te komen als je zoveel vakantie in Frankrijk heb doorgebracht. Volgens mij heb ik in alle departementen wel een keertje zitten poepen.

Is nog steeds een mooie camping, maar we zijn zo’n tien jaar ouder en als we naar het strand lopen voelt het aan als een marathon en dat dan bergop. Krijgen daar voor het eerst in de vakantie geen televisiebeelden door de vele bomen, en gaan de volgende dag weer door naar het Ile D’Oleron, het Zeeland van Frankrijk.

Als het overal regent, schijnt daar de zon. Vlak bij het plaatsje Le Chateau D’Oleron komen we op camping La Brande. Ligt aan de Route De Huitres. Stomme naam. Volgens mij is het gewoon een oesterweggetje. Overal oesters en wat mosselen. Worden huis aan huis verkocht. Koop ze uiteraard ook. Ben dol op oesters.

Schitterende plaatsen op de camping, uitstekend sanitair, is maar 220 meter lopen vanaf de caravan. Heb uitgerekend dat twee keer naar de toiletten een kilometer joggen is. Heen en terug 440 meter is samen 880 meter. Poepen staat gelijk aan 80 meter lopen en plassen aan 40 meter, opgeteld dus één kilometer. Moet je nog een keer douchen en het wordt topsport.

Zijn maar een paar kilometer van het strand af en het is fantastisch weer. Is het in Ne-derland ook trouwens, fietsen er wat, gaan lekker op het strand liggen, de zee in, heerlijk water, en zeg tegen Riek dat ze met haar voet en daarop het pleister dat het verband inmiddels vervangen heeft de zee in moet. Zeewater heelt alles. Durft ze eerst niet, maar doet het toch. Een dag later weer en de wond is absoluut schoon.

Op zondagavond in het restaurant op de camping heerlijk mosselen gegeten. Flesje wijn erbij en genieten. Eten gemarineerde mosselen. Gaan we nog een keer doen. Doen we ook, de dag voor het vertrek gaan we weer mosselen eten, alleen is het restaurant van de camping dicht. Maar oké, op een ruime kilometer afstand is nog een restaurant waar we terecht kunnen. Even besproken en in de avond er naar toe gelopen.

Hebben daar Moules L’Eglade. Nog nooit van gehoord, kan ook niet, is een specialiteit van en op Ile D’Oleron. De mosselen worden keurig gerangschikt op een plaat, dan op een vuurvaste plaat gezet, vervolgens gaat er een berg hooi op vermengd met kruiden en in de fik gezet. Het resultaat is verbluffend lekker. Nog nooit zo lekker gemosseld.

Terug naar de camping is Riekie nogal lacherig. Ben aangeschoten zegt ze. Geen schot ge-hoord? De volgende dag hebben we allebei lichte hoofdpijn. Riekie denkt dat we teveel gedronken hebben? Lijkt me sterk. Kan nooit aan het biertje liggen van in de middag, of die paar glaasjes pineau daarna, ook niet aan de cognac van Riekie of de whisky van mij, die daar op volgden, de fles plaatselijke witte wijn die bij de mosselen werd geserveerd was ook niet fout, en terug op de camping nog wat biertjes en een neut bij het voetballen? Daar krijg je geen hoofdpijn van. Komt gewoon van dat stuk lopen. Zijn we niet gewend, dáár krijg je hoofdpijn van.

Hadden trouwens vlak naast het restaurant een invalidenparkeerplaats waar ik had kunnen staan! Maar ja, ik weiger nu eenmaal in de auto te stappen, al heb ik maar één glaasje op.

Op donderdag de 15e juni dus weer door richting Tours, naar camping Airotel La Mignardie, een kilometer of zeven onder Tours. Doen alles die dag rustig aan om bij te komen. Drinken wat minder en alles gaat bijna goed. Als ik na het avondeten de afwas ga doen, vraagt Riek of ik gelijk wat etensresten wil weggooien, had ze in een schaaltje gedaan. Tuurlijk. Overal bij toiletgebouwen heb je afvalcontainers, kleine moeite.? Hebben ze die daar dus niet staan.

Oké, spoel ik het toch gewoon door de wc? Is toch niets smerigs aan eten? Maar te laat kom ik er achter dat er in die restjes ook twee flinke botten zitten van de karbonaden. Franse varkens hebben behoorlijk zware botten. Enfin, een dag later kunnen we laat in de middag weer gebruik maken van de toiletten en is er niets meer aan de hand.

Op vrijdag gaan we Tours bezoeken. Blijkt een schitterende stad te zijn. Heb zo veel plezier van mijn Tomtommetje, toets in dat ik naar het stadscentrum wil en waar ik normaal de borden zou volgen staan we binnen de kortste keren bij het grootste hotel van de stad, het Hotel de Ville. En we kijken daar onze ogen uit. Schitterend.

Terug op de camping laat ik even controleren hoeveel campingcheques er nog op de gold-cart staan, en men komt tot drie, en dat is volgens mij niet goed. Als ik dat de beheerder meld gaat hij het gelijk controleren. Hij kan niet tot een ander totaal komen en als ik vol houd dat het niet klopt, belt hij de organisatie op. Daar krijgt hij hetzelfde te horen en ook krijgt hij een specificatie van op welke campings ik de kaart heb gebruikt, en dat klopt dus niet.
Blijken ze het op La Brande niet goed gedaan te hebben, waar ik al een beetje bang voor was. Daar waren er eerst vier en daarna zeven afgeschreven terwijl we er acht dagen waren geweest. Met de goldcart krijg je meestal een dag korting als je er een week blijft, dus zeven was goed. Dat vertelde ik en binnen een paar uur werd mijn kaart weer opgeladen tot waar ik recht op had. Wat was er gebeurd? Ik had er telefonisch tien nachten op de kaart laten bijschrijven die op de camping dan worden bijgeladen.
Het arme kind dat onze rekening deed schreef de resterende vier nachten af en wist het toen niet meer. Of ik over een half uur terug wilde komen, dan zou er iemand zijn die wist hoe het moest. Na een uurtje ging ik er weer langs, en toen werd de kaart keurig opgeladen. Vervolgen was dat mens niet verteld dat er al vier nachten waren afgeschreven en zij boekte gewoon weer zeven nachten af.

Foutje, ook van mij. Als ik weer onderweg cheques bijbestel vraag ik eerst de kaart te laden, en daarna reken ik pas af. Vrijdagavond zie ik Nederland winnen van Ivoorkust en heb dus niet voor niets de vlag uitgehangen die ik twee jaar geleden van mijn zusjes heb gehad in Barcelona.

Zaterdag rustig aan en zondag naar Dieppe aan de kust. Komen daar aan op camping La Source. Een echte no-nonsense camping. Heel mooie plaatsen, mooi gelegen, en geen wc-brillen. Toilet ruikt nogal muf, en Riek gaat op maandagmorgen bijna over haar nek van de pislucht, maar verder is het er fantastisch.

De supermarkt vlak in de buurt heeft trouwens uitstekende toiletten. Op maandag gaan we eerst even kijken in Dieppe. Wil mijn Tommie programmeren en die doet het niet. Is hartstikke dood. Reageert nergens op, en dat is balen. Ben er zo aan gewend geraakt, is echt balen. Voor de eerste keer in mijn leven kan ik alles tegen een vrouw zeggen zonder dat ze kwaad wordt, en kan ze nog kaart lezen ook. Gelukkig krijg ik hem weer aan de praat door hem te resetten.

Na Dieppe nog even naar Le Tréport waar we ook al eerder waren. Hebben daar langs de haven in één van de restaurantjes heerlijk zitten eten. Riek geniet trouwens, ze geniet echt. Alleen de eerste paar weken had ze het soms wat moeilijk, maar daarna gaf ze zich kennelijk over en begon ze om zich heen te kijken en te genieten. We lachen wat af en dat is fijn.

Dinsdag naar Fécamp via een prachtige route langs de kust. Het Normandië is daar werkelijk heel mooi. Als we op woensdag wakker worden is het weer een stuk minder en besluiten we de luifel eraf te halen en door te trekken naar camping Des Dunes tussen Calais en Duinkerken in aan de kust. Vanaf de camping loop je daar zo het strand op. Ligt heel mooi naast een kernreactor. Kijken naar Nederland – Argentinië en vinden de 0 – 0 een overwinning voor Nederland waarop gedronken moet worden.

Bezoeken op donderdag Calais en op vrijdag Duinkerken die we van de twee veruit de mooiste stad vinden. Besluiten maar op zaterdag naar huis te gaan daar de weersvoorspellingen ons niet helemaal aanstaan, en zo komen we op zaterdagmiddag rond half één thuis.

Op een dag na acht weken weggeweest en 7.334 km gereden. Het was goed en zijn toch weer blij thuis te zijn.

Ton

Dit bericht is geplaatst op 25 juni 2006 om 13:49 in de categorie van Ton.
Je kunt reacties op dit bericht volgen via de RSS 2.0 feed.
Je kunt naar het eind van dit bericht gaan en een reactie schrijven.
Pingen is momenteel niet toegestaan.

Schrijf een reactie