Eindelijk met pensioen, kunnen we tenminste onbeperkt vakantie gaan vieren. Zondag twee mei om 07:30 uur vertrokken. De bedoeling is ergens tussen Orleans en Tours te komen. De reis verloopt voorspoedig. De caravan ligt als een huis achter de bus. Achterelkaar door gereden tot voorbij Parijs. Absoluut geen oponthoud daar wat ons nog nooit is overkomen.
Doe er toch nog ruim een half uur over om er voorbij te komen zonder file’s. Richting Orleans even een stopje gemaakt. De tank afgevuld, was driekwart leeg. De bus rijdt ongeveer 1 : 8 met de caravan en een flinke vaart en veel wind tegen.
Tijdens de stop een camping opgezocht. Beaugency zou het worden. Was een gemeente-camping. Heel netjes, schitterend gelegen langs de Loire. Hebben ruim 600 km op de teller. Beetje geluierd en de camping bekeken. De halve kermisbevolking van het aan de andere oever staande gebeuren kampeerde er ook. Absoluut geen overlast van de mensen gehad. Merkte nauwelijks dat ze er waren.
Maandag de derde wat boodschappen in de buurt gedaan, naar het dorpje gewandeld, en het eerst dat ik zag was het kroegje waar heel lang geleden broer Huug, schoonzoon Leen en ik een biertje dronken toen we een fietstochtje maakten. Herinner me nog dat toen we vertrokken Huug over zijn stuur heen dook en probeerde over het asfalt naar huis te zwemmen. Gelukkig viel de schade erg mee, en had hij zich nauwelijks bezeerd. Wel erg geschrokken, maar dat gaat sneller over dan een botbreuk.
Was nog steeds een leuk klein plaatsje, waar we in een uur door heen wandelden. Terug op de camping lekker in het zonnetje gezeten en nog aardig verbrand. Riek vindt twee maanden erg lang voor een vakantie, wil geloof ik nu al naar huis. Kan nergens echt van genieten.
Dinsdag de vierde door naar een plaatsje even onder Bordeaux. Beausoleil heette de cam-ping in Gradignan waar we naar toe wilden. Moest een garantie zijn voor mooi weer? On-derweg werd het weer slechter. Op de camping zelf werd het alleen maar erger. Regen en wind en koud. ’s Avonds de kachel aan. Kregen daar geen satellietontvangst en de camping zelf had ook niets te bieden. Viel Riek een beetje tegen. Woensdagmorgen was het weer zo slecht dat besloten werd niet naar Bordeaux te gaan maar door te reizen. Als je toch binnen moet zitten kan je net zo goed verder trekken.
Onderweg regen, regen en nog veel meer regen. Kwamen aan op een camping met de naam Orio in het plaatsje Orio, twintig kilometer voorbij San Sebastian oftewel Donestia. Goede weg naar een “makkelijk” te vinden camping. Op de één of andere manier misten we de rondweg, en kwamen midden in San Sebastian terecht met de combinatie. Was schitterend, maar een beetje druk. Maar, we kwamen wel in Orio. Prima camping met goede faciliteiten.
Ook hier veel wind en regen. Maar het uitzicht vergoedt veel. We zien de zee met huizenhoge brekers tegen de pier aanslaan. Krijgen weer geen satelliet te pakken. Huug gebeld. Hadden voor vertrek van mijn zwager vernomen dat je voor Spanje een ander abonnement nodig zou hebben. Nu is zwager Willem zelden nuchter en namen het dus met veel zout voor weinig kennisgeving aan. De satellietfinder gaf een luid signaal, maar er kwam geen beeld. Huug adviseerde om het signaal te negeren en handmatig te gaan zoeken, maar zou ook Canal+ bellen. Binnen een minuut raak. We hadden beeld! Huug snel gebeld, die inmiddels ook Canal+ had gebeld. Lekker als je familie hebt waarop je terug kunt vallen.
Donderdag de zesde munten gehaald voor de wasautomaat en de droogmachine. Ging prima. Eerst kregen we de wasautomaat niet aan. Mannetje van de camping erbij gehaald, uitgelegd wat het probleem was waarna hij uitlegde dat behalve het Baskisch hij nog wel een paar woorden Spaans had geleerd. Enfin, ik heb hem gewoon meegenomen en de automaat aangewezen. Dat snapte hij en vlot werd het verholpen. Uiteraard gebeurde een paar uur later hetzelfde met de droger en ook dat kwam helemaal goed. Terwijl de droger zijn werk deed, een beetje de buurt verkend, weer wat boodschappen gehaald en terug op de camping een beetje uitgerust. Uiteindelijk begint voor ons in Spanje pas de vakantie en hebben we toch al ruim 1300 km weg.
Vrijdag zeven mei had ik het plan een stukje te gaan rijden. Het binnenland in. Pamplona was niet zo ver weg en staat bekend als de stierenstad. Een schitterende weg door het achterland. Pamplona viel iets tegen. Vond de Quardia Civil een beetje eng met op elke straathoek een mannetje met machinegeweer. Doorgereden naar Logroño en vandaar via Vitoria en San Sebastian naar de camping terug. Mooie trip die echter iets te lang was. Ruim vierhonderd kilometer. Buiig weer met soms een vette bui. Riek vindt twee maanden nog steeds erg lang voor een vakantie, wil geloof ik nu al weer naar huis. Kan nog steeds niet ergens echt van genieten.
Zaterdag de achtste opgebroken en koers gezet naar Santillana del la Mar. Kan me niet herinneren ooit zo’n mooie weg te hebben gereden via de N643 tussen Orio en Bilbao. Schitterend!!! Soms vlak langs de Golf Van Biskaje waarbij de brekers de auto en caravan raakten, en even daarna een paar honderd meter boven die zelfde Golf.
Schrokken wel even van een wegblokkade van diezelfde Quardia Civil. Zag er angstig uit. Een mannetje of tien, zwaar bewapend en ook nog met slingerkettingen voorzien van kraaienpoten om vluchters lek te laten rijden op een bergweggetje. Dat is niet mijn Spanje, maar, je weet nu eenmaal dat het Baskenvolk ook niet voorzichtig met mensenlevens omspringt.
In Bilbao achter een Portugesche vrachtauto aangereden. Die ging naar huis, en wist ui-teraard beter de weg als ik. Foutje. In het hart van het centrum zette hij zijn knipperlichten aan en ging een kaart bestuderen. Ben er maar langs gegaan en mijn eigen weg gezocht en gevonden. Hebben heel Bilbao gezien. Zo ook Santander. Kun je ook niet omheen. Geloof ik. Maar Spanje is mooi. Kan het niet vaak genoeg zeggen.
Op die kutcamping na dan in Santillana del Mar. Was dus echt helemaal niets. Hebben toen de kustweg maar gevolgd richting Oviedo en kwamen vrij snel op een heerlijke camping nabij San Vicente de la Buquera. Uitzicht op de Picos de Europa. Gaan we zondag heen. De kinderen gebeld en een neut genomen. De eerste in de vakantie geloof ik. Kan me tenminste daar niet zo heel veel van herinneren.
Zondag dus naar de Picos. Schitterend gebied. Op tijd terug naar de camping. Het weer werd slechter en we kwamen binnen te zitten. Omdat het moederdag was besloten we uit eten te gaan. Kon op de camping zelf. Hadden een uitstekend restaurant. Één nadeel, kon pas om 20:00 uur terecht. Afzien dus. Tegen dat we terecht konden had ik alle tafelpoten al voor de helft opgegeten. Maar, de maaltijd vergoedde veel. Kostte dan wel wat, maar, € 20,00 voor twee maaltijden en vier biertjes was niet echt duur, geloof ik. Bovendien werd het weer steeds slechter, en was het wel zo gemakkelijk dat de caravan maar vijftien meter van het restaurant af stond.
Maandagmorgen wakker geworden met regen. Besloten maar door te trekken. Met regen doe je anders toch niets, dus… We besloten zover te reizen als we zin hadden. Werd uiteindelijk toch ruim vierhonderd kilometer naar La Coruna. Daar een camping zoeken en dan lekker weer uitrusten. Volgens onze inmiddels vaste gewoonte reden we niet om La Coruna, maar weer dwars door de stad heen. Zagen weer een hele stad op zoek naar een camping.
Enfin, om een lang verhaal kort te maken, rond 19:00 uur hadden we eindelijk een cam-ping gevonden die open was. In Lachanza. Hadden nog boodschappen (bier) nodig en diesel. De aardige mensen van de camping legden ons in uitstekend Engels uit waar we beide zaken dichtbij konden kopen, en naar goede gewoonte reden we uiteraard de ver-keerde kant uit en in La Coruna? Kochten we wat we moesten hebben. Ergens rond 22:00 uur zaten we eindelijk te eten.
Dinsdag 11 mei gebruikt om weer te rusten, terwijl Riek de was deed. Was een langzaam-wasautomaat waarbij dus echt niets fout kon. Heb het nog geprobeerd, maar lukte niet. Heerlijk in het zonnetje gezeten en ook poes Pummy kwam helemaal tot rust. Sliep drieëntwintig uur in plaats van de gebruikelijke twee-en-twintig-en-een-half.
Woensdag 12 mei naar Santiago de Compostela gegaan. Heb mijn eigen voettocht gemaakt. Was nog een pokkeneind van de auto naar de kathedraal. Heb alles gefilmd, het fotoapparaat weigerde. Is ook maar een eenvoudige Nikon Coolpix 5000. Kreeg geen beeld. Was allemaal zwart. Nog naar wat fotospeciaalzaken geweest. Zagen het probleem, maar konden er niets aan doen. Balen! Maar de filmcamera maakt ook foto’s, dus, filmfoto’s maken.
Gaan morgen naar Portugal. Riek sterft nog steeds van de zenuwen. Maar, het lijkt iets minder. Zenuwen houdt ze haar hele leven wel, gaat nooit meer over. Weet niet van wie ze dat heeft, komt in haar familie eigenlijk verder niet voor. Geloof ik.
Is nu morgen. Naar Portugal. Via Santiago de Compostela naar Porto. Volgens mij is er een rondweg om Santiago. Toen we langs de kathedraal reden waar de botten van Jacobus begraven liggen (denken ze tenminste) dacht ik nog “waar is dat kreng”. Maakt ook niet uit. Komen toch wel in Porto.
Klopte ook nog. In Estella vonden we een prima camping. Maakte deel uit van een keten van campings, genaamd Orbitur campings. Schoon en lekker warm water.
Er gebeurt wat vreemds onderweg. Riek komt wat los lijkt het, en begint dingen te zien die ze mooi vindt. Moet Jacobus zijn geweest in Santiago de Compostela. Zijn er dan ook twee keer geweest. Heeft niets te maken met dat ze ’s nachts huilde en de vakantie lang vond na twee weken. Zei toen maar dat ze daar nooit meer last van zou hebben of krijgen, aangezien we onze laatste vakantie samen maakten. Ga voortaan alleen.
Mijn vriendin houdt trouwens ook niet van reizen. Heb mijn leven lang te lang en hard moeten werken om me er nu van te laten weerhouden te gaan genieten. En dat ik dat meende was haar erg goed duidelijk geworden. Richting Portugal gebeurt er ook iets met het weer. Het wordt goed. Heerlijk zonnig en een uitstekende temperatuur. Vrijdag naar Braga geweest. Mooie stad. Welkom ook. Je komt er wel in, maar nimmer aan de goede kant uit.
Richting Guimaraes moesten we zelfs nog tol betalen. Niet eerlijk, aangezien we de verkeerde kant opreden, hadden geld toe moeten hebben! Enfin, weer te lang onderweg geweest. Deden we zaterdag beter. Naar Porto. Geweldige stad op de noordoever van de Douro. Kwam goed uit, kwamen uit het noorden aangereden en hadden dus geen last van de drukte bij die bruggen. Moet een gekkenhuis zijn. Hadden daar opzomer- oftewel bijspijkerdag. Groot feest in het centrum. Zesduizend ambtenaren in lichtgevende pakken. Was er nog één bij die Engels probeerde te spreken toen we zeiden uit Holanda te komen. Oh, the Netherlands zei hij. Hield het ook gelijk mee op. Een Portugees die probeerde aan ons uit te leggen wat er gebeurde. Was leuk.
Daarna terug naar de camping. Zijn over vier bruggen terug gereden. Gingen allemaal over de Douro? Moesten we toch niet overheen? Toch had ik niet het idee dat we verkeerd reden. Het zicht van welke brug dan ook over de Douro is fantastisch. Zondag zestien mei gingen we fietsen. Ruim twaalf kilometer getrapt. Waren versleten. Als men het in Neder-land heeft over sierbestrating? Met name de Portugesche sierkeitjes? In Portugal ben je er niet blij mee. Verziekte mijn seksleven voor tenminste zes uur. Is trouwens de laatste jaren toch niet bijzonder. Kutkeitjes liggen overal. Bijna overal. Je hebt hier asfalt, slecht asfalt, zeer slecht asfalt, grote keien, middelgrote keien en Portugees porfier. Portugal is één grote bouwput. Willen de gehele infrastructuur verbeteren voor de E.K. voetbal. Hadden het kampioenschap in 2016 moeten houden. Was het misschien ook nog gelukt. Hadden die zondag nog wel een leuke markt vlak bij de camping. Kon je halfdode kippen en kuikens kopen die in de kokende zon zonder water of eten met de poten aan elkaar gebonden lagen dood te gaan.
Maandag door naar Lissabon. Kan niet fout gaan. Wist welke weg ik moest hebben, en dat was geen tolweg. Zie je niets. Dus, de IC1. Prima weg, met zo’n twintigduizend stoplichten. Allemaal rood. Vlak bij Lissabon toch maar de tolweg genomen. Ging dus weer helemaal fout. Verkeerde afslag? Kan nooit aan mij liggen. Schuld van die klote Portugezen. Gingen weer naar het noorden. Namen zomaar een afslag en reden door een stukje Portugal waar volgens mij 99,99% van de Portugezen nog nooit geweest was. Gelukkig vonden we met nog vijf liter diesel van de tachtig die er in de tank kunnen ruim op tijd een tankstation. Toen nog een camping. Go’h, vonden er één, was dus helemaal niets. Zelfs Riekie zei “doorrijden”, terwijl ze het rijden toch echt zat was. Pummy ook. Kon niet eens meer miauwen.
Oké rond twintig uur, onze tijd (in Portugal is het een uur vroeger, maar daar weigeren we rekening mee te houden, aangezien anders de tv-programmering fout loopt), kwamen we op de camping waar we wilden staan. Hadden geen geweldige staanplaats, maar stonden en konden uitrusten.
Vandaag, dinsdag achttien mei verhuizen we naar een zeer mooie plaats. Uitzicht op de Atlantische Oceaan, we zien de zon ondergaan. Het leven is mooi. Woensdag de negentiende naar Lissabon. Prima te bereiken met het openbaar vervoer. Bus stopte voor de camping en het eindpunt was het treinstation. De trein had als eindstation het centrum van Lissabon, dus we konden niets verkeerd doen. Was wel een rare gewaarwording dat de trein veel goedkoper bleek dan de bus.
In Lissabon bleek al snel dat er niet veel aan te lopen was. De stad ligt op een groot aantal heuvels. Maar, een trammetje dat de kans bood om de stad te bekijken met uitleg in het Hollands, bracht uitkomst. Daarna te voet naar de gietijzeren lift die door een leerling van dhr. Eiffel was gebouwd. Kon je goed zien, zag er heel anders uit. Onderweg een goede fotohandel binnen gelopen met mijn fotocamera. Daar zagen ze al snel dat hij moest worden opgestuurd naar Nikon. Heb toen maar een 64MB kaart gekocht voor in de camcorder, kon ik daar gelukkig nog zevenhonderd foto’s mee maken. Toen verder naar de lift. Natuurlijk naar boven gelift, was wel erg hoog, maar gaf een fantastisch uitzicht over de stad. Onderweg nog wat gegeten en gedronken in een leuk klein zaakje. Toen weer terug naar de camping. Waren versleten. Voelen ons trouwens heel erg veilig in zowel Spanje als Portugal.
Overal politie. Rustig, absoluut niet provocerend, maar heel duidelijk aanwezig. Donderdag de twintigste uitgerust, wat boodschappen gehaald en vrijdag de een en twintigste door richting Faro.
Maar in Portugal geven ze campings heel slecht aan. Zie je een bord naar een camping verwijzen, stoppen ze een paar kruispunten verder met het aangeven. Dus, de camping waar we heen wilden gemist. Wel het vliegveld bijna opgereden via een doodlopende weg, maar voorbij Faro in Olhaō kwam het weer goed. Ook een prima camping. Wel had ik meer dan een uur nodig om de schotelantenne uit te richten. Kwam ook weer goed. Zaterdag twee en twintig mei naar de markt geweest in Olhaō. Was erg leuk, verder wat gerust, en besluiten zondag 23 mei door te trekken naar Sevilla. Naar een rustieke cam-ping. Ben ik wel benieuwd naar.
En, rustiek is tie. Oké, er is een schietbaan naast de camping, en Spanjaarden schieten nu eenmaal graag als er geen risico aanwezig is dat er terug geschoten wordt, maar, er is wel degelijk rust. Een prima weg vanaf Faro, met de onvermijdelijke politie wegversperring nabij de Spaanse grens in Portugal. Maar ze moesten ons niet hebben en we konden dus rustig doorrijden en werden zelfs toe(uit)gezwaaid. Maar de camping is prima. Alleen zijn er problemen met de watervoorziening en de toiletten. Wordt gewoon opgelost.
De camping heeft een groot aantal “bungalows”. Krijgen de sleutel van één er van en mogen daar naar het toilet en kunnen gebruik maken van de douche. Bungalow 29D. Gigantische bungalow. Zijn er heel blij mee. Is ongeveer net zo groot als onze halve berging. Weet zeker dat er twee in de berging kunnen en dan kan mijn fiets er ook nog bij.
Één kamertje met twee éénpersoonsbedden, één stoel uit het “restaurant”, een kast waarvan bij het opendoen (je moet tenslotte even kijken) de deuren eruit pleuren, en een natte ruimte. Een geweldig natte ruimte. Een drijfnatte ruimte.
Het toilet spoelt pas door nadat je het deksel van de spoelbak eraf haalt en het doorspoelmechanisme een teringzet geeft. De douche is beter. Voor de eerste keer in mijn leven maak ik gebruik van een multifunctionele douchekop. Het water komt er aan alle kanten uit. Terwijl ik mijn piemel afspuit verdwijnt gelijkertijd de zeep onder mijn linkeroksel, en draai ik hem om, verdwijnt de zeep niet alleen van mijn buik maar ook van de rechtervoet. Maar, een heerlijk warme douche. Krijgt het ook niet koud als je eronder vandaan gaat. Ligt meer warm water naast de douche dan erin. In het slaapkamertje echter is alles droog en nog warm van het douchen. Nee, gaat prima daar.
Zondagavond maar eens niet gekookt. Het “restaurant”op de camping kon een prima maaltijd bereiden en we hebben daar wel zin in. Vanaf 19:00 uur kon je er terecht. We zijn Hollanders, dus, om 19:00 uur waren we er. Veel te laat om te eten, studio sport missen, eigenlijk geen trek meer, en ook nog twintig minuten wachten voor het “restaurant” openging. Was maar één menu. Carpaccio, zei ze (verstond ik) en een maal met porc. Varkensvlees volgens mij. Die Carpaccio was dus gewoon een soep die er uitzag alsof het met soep niets te maken had. Één of andere onbestembare koude prut, met de kleur van twee dagen oude kots, en wat reepjes ham erin. Hoofdbestanddeel was knof-look. Samen met nog veel meer knoflook en een broodje hadden we het bijna gewonnen, toen het hoofdgerecht geserveerd werd. Balletjes gehakt met gekookte aardappelen. Gehakt was niet zo lekker als de net te pruimen aardappelen. Aardappels wel opgegeten en met de balletjes jeux de boules gespeeld. Gooide best goed. Hadden wel lekker bier daar. Maar, niet gezeurd. Als je niet weet wat je krijgt, weet je ook niet wat je mist.? En voor € 15,00 kun je niet overal eten en drinken met twee personen. Later hoorde ik dat het Gaspacho moest zijn geweest.
Maandag vier en twintig mei, en we gaan naar Sevilla. Heb van mijn leven veel steden gezien. Parijs, Wenen, Londen, Praag, Kopenhagen, Rotterdam, Spijkenisse, Mierlo, maar, Sevilla is de mooiste stad die ik tot nu toe in mijn hele leven heb gezien. Niet te beschrijven. Het is net zo Spaans als Arabisch. Die mengeling is heel bijzonder.
Hebben net als in Lissabon een stadsritje met nu een open bus gemaakt. Ook nu weer een rit van anderhalf uur waar je normaal twee dagen voor nodig hebt. De tickets waren twee dagen geldig. Je mocht overal uitstappen waar je wilde, en dus ook weer opstappen, gedurende twee dagen na afstempeling. Dus op de camping geschonken aan andere Nederlanders die net waren aangekomen incl. de bijbehorende oordoppen waarmee je uitleg kreeg in de te kiezen talen Spaans, Portugees, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Japans en nog één die ik niet kon lezen. Besloot Japans te kiezen. Verstond er geen moer van. Was trouwens ook zo met de Duitse en Engelse taal. Was ingesproken door Spanjaarden en die kennen maar één taal. Die van henzelf. Blijken er ook nog zo’n vijftien verschillende varianten van het Spaans te bestaan.
Laat maar. Was in ieder geval een prachtige dag met temperaturen tussen de vijf en twintig en dertig graden, afhankelijk welke thermometer je aflas.
Dinsdag de vijf en twintigste. Afrekenen op de camping rustiek. Was bijna de duurste cam-ping tot nu toe. Hebben volgens mij de bungalow gekocht, en naar Marbella verhuist. Een kleine tweehonderd kilometer naar de kust van de luxe. Kostte me op een haar na mijn huwelijk. Bijna veertig jaar getrouwd, en dan denk je alle crisissen te hebben gehad en zou er niets meer moeten kunnen gebeuren. Had met de routeplanner de te rijden weg bepaald, en dat was voor een groot gedeelte de C339. Leek best een goede weg, er was trouwens weinig alternatief volgens de planner. Blijkt de C339 over een afstand van ruim veertig kilometer uit een bergweggetje te bestaan die een halve meter breder was dan onze auto met caravan. Op zich geen probleem, als we maar geen tegenliggers kregen, en aangezien ik zeker wist dat mijn broertje Huuggie op zijn werk zo weinig mogelijk zat te doen, vertrouwde ik daar dan ook op want niemand met een normaal verstand die de weg kende zou deze nemen.
Op het moment dat ik Riekie vertelde dat we toch wel een geweldige weg hadden met prachtige uitzichten door een gebied waar nog adelaars voorkwamen, bleek dat ze al een half uur zat te janken. Wat ik wel niet voor een idioot was om een dergelijke weg te kiezen, met een auto en caravan. Één grote bocht, met hellingen nooit minder dan 6%, en ver boven de bomengrens. Vandaar de prachtige vergezichten? Nou ja, ík genoot wel, en het was echt een fantastische weg.
Ik ga steeds meer van Spanje houden. Jammer dat ik er nooit meer heenga. Ging natuurlijk allemaal goed. Er zijn nu eenmaal weinig mensen met meer zelfvertrouwen als ik en we waren lekker op tijd in Marbella. Camping Marbella playa. Prima camping met opnieuw heerlijke douches. Schitterend zwembad, kleine wandeling naar de Middellandse Zee, goede plaats, goedkoper dan de camping rustiek. Tv-ontvangst uitstekend. Kregen heel snel beeld, maar geen geluid. Stekker zat er niet helemaal goed in. Gaan huwelijken ook aan stuk.
Met een temperatuur van 30° de voortent weer eens lekker opgezet. Geeft toch wel heel veel extra leefruimte. Woensdag zes en twintig mei lekker geluierd. Riek de was gedaan en in de middag naar Marbella gegaan. Viel wat tegen. Misschien niet naar de goede plek gegaan en maar naar Fuengirola gereden. Een echte boulevard. Leuk. Wat gewandeld, en toen weer terug. ’s Middags lekker op het strand gelegen. Vond het water iets te koud om de zee in te gaan, maar dat gaat wel gebeuren. Blijven hier minstens een week.
Donderdag 27 mei naar Gibraltar. Was ca. tachtig kilometer. In een uurtje aangereden. Zagen al lang te voren de rots opdagen. Een kaal en lelijk ding, maar voor de Britten goud waard. Wilden per auto de grens over, maar dat was niet te doen. Een file tot bijna aan de Franse grens. Dus de auto maar vlak bij de grens geparkeerd en te voet door de controle.
Voor het eerst in jaren dat ik weer eens wat aan mijn paspoort had. Frustrerend dat zoiets duurs zo weinig gebruikt wordt. Net over de grens de bus gepakt en naar het centrum gereden. Er is maar één grote hoofdstraat en daarin zitten uitsluitend winkels die camera’s, drank, sigaretten, horloge’s, goud en zilver en parfum verkochten. Raar dat er niets geprijsd was. Moesten overal naar vragen. Riek voor weinig geld een pakketje van vier flesjes nepparfum gekocht, maar ja, voor acht Euro, mag je niet verwachten dat je merken kunt krijgen. Vier verschillende parfums zaten alle vier in exact dezelfde flesjes? Spannend straatje dus. Wilden eigenlijk ook nog naar de apenrots, maar hadden gehoord dat die dieren een beetje agressief waren geworden, en we besloten maar weer thuis eens naar Blijdorp te gaan.
Toen we het zat werden maar weer naar de bus en terug naar de grens. De Spaanse doua-nier bekeek onze paspoorten en begroette ons toen in het Nederlands. Had een jaartje in Den Haag gewoond. Was leuk. Vooral voor hem. Hij wenste ons nog een prettige vakantie toe, en we konden naar de auto. Waren ongeveer de enigen trouwens, want alle mensen met een tasje waar duidelijk gekochte waren inzaten moesten langs een andere balie. In de auto de airco weer op tropenstand en lekker terug naar de camping via Estepona. Hadden we dat ook gelijk gezien.
Riekie geniet. Is geen probleem meer. Vakantie wordt echt vakantie. ’s Avonds lekker gegeten in het restaurant op de camping. Prima maaltijd, echt heel lekker gegeten. Vrijdag de acht en twintigste naar Torremolinos. Leuke plaats maar zeer toeristisch. Allemaal bejaarden die volgens mij alleen de goedkoopste slager en eettentjes zochten. Hebben de boulevard voor een groot stuk afgewandeld, en daarna weer langs de kust terug via Benalmadena en Mijas. Mooie kustroute met prachtige uitzichten. In de middag nog een uurtje strand gepakt, en nu wel het water in.
Zaterdag de negen en twintigste eerst naar een grote supermarkt voor een paar lichte strandstoeltjes. Hebben ook maar tegen ons geloof in de Telegraaf gekocht. Krijgen wel al het nieuws te zien op tv, maar een krantje gaat er ook wel weer eens in. Hebben gelijk voor drie dagen de programmering van de tv-zenders. ’s Middags naar het strand en lekker zonnen en zwemmen. Ook Riek ging het water in, en knapte er zichtbaar van op. Verschrikkelijk warm was het dan ook. Begonnen aardig te verbranden en bijtijds terug naar de caravan met airco voor Pummy.
Zaterdag een ambtenarendag. Geen moer gedaan, alleen de dagelijkse boodschappen gehaald en aan het strand gelegen. Heerlijke camping, zalige camping. Wat wil je eigenlijk nog meer, prachtig weer, mooie omgeving, op het strand mooie vrouwen en ik weet dat Riekie ook van mooie mannen houdt. Ze is per slot van rekening niet voor niets met mij getrouwd.
Kutcamping. Wat er in een half uurtje niet kan veranderen. Komen een stelletje zigeuners binnen (volgens mij dan) en de sfeer is volkomen verziekt. Een tyfusherrie en andere over-last. Ouders rijden meer over de camping dan ze in hun caravan doorbrengen. Kinderen kruipen onder caravans en na enige tijd bezwijkt ook de linkervoorpoot van de luifel van onze Hollandse buurman die daarvoor overigens nog geen woord had gezegd. Kon toch praten. Is ineens niet leuk meer.
Zondagmorgen gaat Riekie om halfacht in de morgen naar het toilet en vertelt daarna dat er volgens haar een bom gevallen is. Bergen papier op de grond en toiletpapierautomaten die gesloopt waren. Opstappen zei ik. Was nog al wat. De voortent eraf, al het meubilair slopen, maar, om half tien waren we onderweg naar Granada. Maar honderdzestig kilometer, dus, een makkie. Vinden heel dicht bij Granada een heerlijk rustige camping. Konden daar ook ’s avonds eten wat we ons in Marbella al hadden voorgenomen. Was niet zo lekker. Niet slecht, maar ik eet thuis lekkerder.
Maandag één en dertig mei naar Granada. Naar het Alhambra. Moet een mooi gebouw zijn. Lekker de koelbox op de accu, blijft alles lekker koud, en kunnen gelijk boodschappen halen zonder dat de vleeswaren bederven. Reden eerst naar het centrum, om er vervolgens achter te komen dat we daar helemaal niet moesten zijn. Ligt boven op een berg. Dacht ook dat het een gebouw was, ook fout. Is een complex. Een groot complex. Is ook mooi. Heel mooi. Prachtige torens met fantastische uitzichten over de stad en op de besneeuwde toppen van de Siërra Nevada. Had er nog uren kunnen blijven als Riek er na anderhalf uur niet achter was gekomen dat de koelbox nog steeds aan stond en bezig was de accu van de auto te vermoorden.
Terug dus. Waren toch al wat moe. Had al vierduizend treden op- en afgelopen. Riek vast vooruit, kan harder lopen als ik, en waren bijna tegelijkertijd bij de auto. Nu was zij verkeerd gelopen. Was niet nodig geweest ons te haasten. Was nog genoeg stroom om te starten. Aangezien we ons brood in de auto hadden gelaten, en we inmiddels stierven van de honger, was het eigenlijk nog zo erg niet dat we eerder bij de auto waren. Besloten toen maar de weg te rijden naar de Siërra Nevada. Prachtige route, die als bergweg hellemaal niets voorstelde. Kan mijn zussie Sjaantje ook rijden zodra ze haar veertig kilometerautootje heeft. Een brede weg met nauwelijks hellingpercentages. Is niets vergeleken bij de Alpe ‘d Huez of de C339 naar Marbella.
Op de terugweg boodschappen gehaald terwijl de koolbox uitstond. Riek had het er niet meer zo op om hem aan te laten. Was van de winkel toch maar vijf minuten naar de cam-ping. De temperatuur is trouwens vanaf dat we naar Portugal reden continue tussen de dertig en vijf en dertig graden gebleven. Vier en twintig graden ’s morgens om negen uur zomertijd. Pummy lekker in de caravan met de airco aan. Arm dier. Hoe warm het is mag je zowel in Spanje als in Portugal trouwens helemaal zelf uitmaken. Digitale meters hangen echt overal. Probleem is alleen dat als je links kijkt lees je dertig graden en kijk je vooruit zijn het er twee en dertig. Durf niet eens meer naar rechts te kijken.
Één juni naar Alicante. Voor we wegrijden verstapt Riek zich in een kuil die daar rond bomen zijn gegraven om het (regen) water vast te houden. Linkervoet verzwikt, maar het lijkt mee te vallen. Afstand is ca. vierhonderd kilometer. Rijden het grootste deel van de weg op een hoogte van ruim duizend meter. Hadden een camping daar opgezocht, blijkt dat kloteding veel dichter bij Benidorm te liggen dan bij Alicante. Als ik thuis ga vertellen dat het naar Benidorm ruim 6100 kilometer is, gelooft niemand me, en het is toch echt waar. Denk dat ik naar huis maar eens kijk of we een kortere weg kunnen vinden.
Is best wel een mooie camping met uitzicht op de Middellandse Zee. Kan ook niet missen als je twintig meter van die zee je caravan neerzet. Alleen die Duitsers staan dichterbij. Riek ziet de zee zelfs zonder bril. We kijken de hele zee af tot aan de horizon. Met bril iets verder. In de middag begint de voet van Riek op te spelen. Wordt steeds pijnlijker en ze kan er absoluut niet meer op staan. Huilt van de pijn. Gelukkig heb ik behalve voor stratenmaker, weg- en waterbouwkundige en arts ook nog medicijnen gestudeerd, en kan de zaak dus verhelpen. Met een van Engelsen geleende sigaret heb ik van de tabak ervan een nat kompres gemaakt en op de zere plaats gelegd. Een verbandje eromheen, twee aspirines laten slikken en de eerste twee glazen whisky van de dag op laten drinken.
Binnen twee uur was de pijn weg en Riek aangeschoten. ’s Avonds naar het voetbal gekeken. Faeröer uit. Altijd moeilijk. Had Nederland nog nooit van gewonnen. Hoorde later dat ze er nog nooit tegen hadden gespeeld. Woensdag twee juni was Riekie weer de oude en liep ook weer als een kievit. Duitsers en Engelsen snapten er niets van.
Zowel Alicante als Benidorm gezien. Prachtige plaatsen, maar als ik er een week op va-kantie zou gaan, verveel ik me vijf dagen de pleuris. Niets voor ons. In Benidorm zijn we de Makro binnen gelopen. Was nieuwsgierig of ik er met mijn Nederlands pas binnenmocht. Ja dus. De eerste zaak waar ze jenever verkochten tegen belachelijke prijzen. Zwaar tegen mijn geloof in voor de tweede maal de Telegraaf gekocht.
Donderdag is er een markt in het stadje waar we tegenaan staan Villajoyosa. Lekker lang-zaam overheen geschuifeld, was weer bloedheet en lekker weer terug naar de camping om af te koelen. Hebben een prima zwembad en daar is het lekker zwemmen. Beter dan in zee, waar ik de drollen zie drijven die ik net door de wc heb gespoeld. De Duitser gaat wel de zee in. Komt er bruiner uit dan toen hij er in ging. Blijven dom. Wel aardig, maar dom. Is ook een beetje blond. Valt niet zo op, omdat je eerste blik wordt getrokken door het halve gebit dat zijn mond siert. “Morgen wordt het hier heel gezellig”, zegt hij tegen me in zijn beste Duits.
Op vrijdag komen al die Spanjaarden naar de camping om het weekend te vieren. Wij dus weg op vrijdag. Worden gek van die Spanjolen. Het Spaans dat ze onder elkaar spreken lijkt veel meer op vloeiend Russisch. Besluiten een rustige camping op te zoeken en kijken dan ook naar een camping wat verder van een grote stad af. Vinden die in het plaatsje Alcossebre. Plaatsje ligt zowat halverwege Valencia en Tarragona en is voor ons de halve afstand naar Barcelona. Staat goed aangegeven volgens de Acsi en valt niet te missen. Ha, hebben niet op ons gerekend.
Wij missen gewoon alles en als we door het plaatsje rijden, door straatjes die eigenlijk niet op onze combinatie zijn berekend maar wat net kan en dat is voor mij genoeg, vinden we bordjes naar een andere camping. Camping Ribamar. Niet meer te missen. Krijg toch nog twijfels. De bordjes staan duidelijk en wijzen de richting best goed aan, maar, er is geen weg meer.?
Er is absoluut geen weg meer. Als het al verharding genoemd mag worden, dan duidt je het aan als een rotspad. Vol grote en kleine stukken rots, vol gaten en scheuren waar je wiel makkelijk in kan raken zowel in dwarse als in langsrichting. Toch komen we bij de camping.
In de overtuiging dat ik de camping via een foute route ben aangereden zeg ik tegen die Belg (de eigenaar) dat ik verkeerd ben aangekomen. “Oh, dat kan niet”, zei ie. Er is maar één weg.
Blijkt de camping middenin een natuurgebied te liggen waar geen fatsoenlijke weg mag worden aangelegd aangezien de natuur verstoord zou worden. Moet je echt een Belg voor zijn om daar een camping te beginnen. Op een plaats met achttienhonderd meter weg weg.
Maar, rust wilden we, en rust krijgen we. Hebben een heerlijke plek onder snijbonen-bomen. Worden alleen ’s morgens steeds gewekt daar een vreemd vogelgeluid en forse tikken op het dak. Blijkt later een eekhoorn te zijn. Is absoluut een klein paradijsje. Prachtig zwembad, een mooi strand op een paar kilometer. Staan best wel een aantal caravans met duidelijk een seizoenplaats, maar daar merk je dus niets van. Zien zaterdag vijf juni Nederland verliezen van de Ieren. Moet tactiek zijn van Dikkie Advocaatje. Rudi Völler mocht natuurlijk niet zien hoe geweldig Nederland soms, als het een hele goede dag heeft kan voetballen. Nee, slim gedaan door Dikkie. Mochten we vijftien juni van Duitsland verliezen, is ook dat tactiek. Zondag zes juni lekker op het strand gelegen in Alcossebre. Moesten wel heen en terug over de Grand Canyon, maar hadden het er voor over. Prima strand, prachtig weer en heerlijk zeewater waar ik maar één stukje toiletpapier heb kunnen vinden en voor Spaanse begrippen dus zeer schoon is.
Terug op de camping merk ik dat de auto niet meer blauw is. Heeft nu dezelfde kleur als de satellietschotel. Prachtig grijs. Stofgrijs. Gaan vanavond lekker eten in het uitstekende restaurant van de camping. Ben benieuwd wat we in werkelijkheid nu weer krijgen. Was best lekker. Beetje weinig schol. Één maar, maar wel lekker. Kreeg ik eindelijk mijn patat ook op. Prima Roemeense bediening.
Maandag gewinkeld. Er was een grote supermarkt voorbij Peniscola. Rare naam eigenlijk voor een stadje. Net zoiets als kutbier. Heen en terug was het wel zeventig kilometer. Dinsdag lekker geluierd. Vanaf de camping naar de kust gelopen. Hengel mee. Na vier keer uitgooien en twee onderlijnen verspeeld ben ik maar gestopt. Hebben wel een heerlijk privé strandje, maar kunnen het water niet in, weet niet precies waar mijn onderlijnen liggen en daar zitten best grote haken aan. Volgende keer eerst zwemmen en dan pas vissen.
Woensdag 9 juni wat rond gereden, de omgeving bekeken en terug op de camping voor de tweede keer in mijn leven onze auto gewassen. Niet in mijn eentje uiteraard maar dat doet er niet toe. Hij wordt weer blauw. Was wel een beetje dom. Donderdag mocht ik er niet mee rijden. Oké, zijn we maar naar het dorp gewandeld. Vier kilometer heen en voor mijn gevoel tien kilometer terug. Was voor een groot deel door het natuurgebied waarbij de toegangsweg naar de camping vergeleken de A2 moet zijn. Gelukkig was het laatste stuk weg bloedheet asfalt. In het dorp eerst de krant gekocht en daarna een restaurantje opgezocht en lekker zitten eten met een biertje erbij. Mochten op vertoon van mijn invalidenparkeerkaart buiten in de schaduw en in de wind zitten. Heb zoveel plezier van die kaart, zou hem voor geen goud willen missen.
Kwart voor twaalf waren we van de camping weggelopen en kwart over drie waren we terug. Drie uur lopen en een half uur eten. Geen doen voor een invalide. Vrijdag de elfde naar Barcelona. Als er ergens een tolweg is, nemen we die. Voor de poes is het heel vervelend dat steeds weer afremmen en optrekken. Wordt ze nerveus van. Tolwegen in Spanje zijn trouwens spotgoedkoop. Met de bus en de caravan vallen we gewoon in het goedkoopste tarief in tegenstelling tot Portugal waar onze combinatie in het duurste valt. Raar. Maar Portugal was toch vreemd met treinen die veel goedkoper zijn dan bussen.
Komen op tijd in Barcelona aan. Toch best wel raar, want de camping die we zochten lag er veertien kilometer voor.? Rijden de rondweg op, uiteraard de verkeerde kant op, en na gekeerd te zijn via een af- en oprit, rijden we in één keer goed. De weg naar het vliegveld op. Gelukkig hadden ze daar een maximale doorrijhoogte van twee meter vijftig, zodat ik er met een caravan van twee meter acht en veertig ruim onderdoor kon. Vonden toch nog een doorgang voor vrachtverkeer en toen ging alles beter.
Tachtig drempels later, komen we er weer vanaf en hadden alles gezien. Riek leest kaart. Had afslag naar Castelldefels moeten nemen zei ze. Heb zelf maar even de wegbeschrijving gelezen en liet haar zien dat de camping aan de Avenida Castelldefels lag in Gravá. Een half uurtje later waren we op de camping. Hebben een mooie plaats gevonden. Eerst wat gegeten, maak ik een rondje camping en vindt een veel mooiere plaats. Dus poten opgedraaid, mover aangesloten en de caravan rijdt zelf -onder veel bekijks- naar zijn nieuwe staanplaats. Is veel ruimer met uitzicht op strand en zee. Alleen een oude caravan staat tussen ons en ons uitzicht.
De luifel aan de caravan gebouwd met de zijkanten erin. Zitten prima zo. Zaterdag twaalf juni raak ik in gesprek met de buurman van de oude caravan en dan blijkt dat die van hem is. Heeft hem verkocht aan wat Spanjaarden en die zouden hem binnenkort ophalen. Enfin, een uurtje later staan wij op die plaats en die oude caravan ergens anders. Zitten nu drie meter van het strand af met alleen een hek van gaas ertussen. Met links Pieter en Suze en rechts Peter en Katja. Heerlijke mensen. Af en toe een praatje en verder geen flauwe kul.
Binnen zestien uur twee maal van plaats gewisseld op één camping is zelfs voor ons een record. Lekker de rest van de dag helemaal niets meer gedaan. Ons uitzicht is een levend schilderij. Verstand op 0,001 en genieten. Zondag boodschappen halen. Gaat normaal altijd goed, maar, de winkels besloten niet open te gaan. Maakt ook niets uit. Hebben genoeg in huis, en gaan lekker uit eten op de camping. Rond zeven uur naar het res-taurant, gaan ze pas acht uur open.
Raken in gesprek met mensen die uit Rozenburg blijken te komen. Blijken we ook nog ge-meenschappelijke kennissen te hebben. Willen nog even terug naar de caravan, maar dan begint het te gieten. Besluiten dan maar met de Rozenburgers een biertje te drinken, en gaan daarna terug naar de caravan voor we gaan eten. Maandag rusten. Boodschappen halen, uiteraard verkeerd gereden en het hele vliegveld weer gezien, maar verder gaat bijna alles goed.
Dinsdag komen mijn zusjes. We weten precies waar we moeten zijn. Zijn er al eerder ge-weest. Keurig op tijd komen ze aan. Ook de vluchtleiding van Barcelona geeft perfect alles door. Om vijf minuten over acht geven ze aan dat het vliegtuig geland is om acht minuten over acht. Vind ik knap gedaan. Van zus Door horen we dat ze de afgelopen nacht in het geheel niet heeft geslapen. Is toch nog zo fit als een hoentje, de eerste uren dan. ’s Avonds geeft ze een perfecte imitatie van een dood vogeltje. Zegt ja als het nee moet zijn en andersom. Maken er een rustige dag van. Wel in de middag wat boodschappen gehaald, en gelijk weer even via een rondje vliegveld terug.
Woensdagmorgen moeten we nogal een aantal keren aanhoren dat ze geweldig hebben geslapen op het dubbeldikke luchtbed, formaat lits-jumeaux. Met het openbaar vervoer bus L 94/95 naar Barcelona, nemen daar een toeristische bus. Fantastisch uitzicht vanaf de open dubbeldekker. Willen persé drie dingen zien. De Sagrada Familia, Camp Nou en de Ramblas, of, zoals de Spanjaarden zeggen, La Rambla. Zien alles ook uitgebreid en rond 17:00 uur lekker gegeten bij een klote chagrijn in een zijstraatje van de Ramblas. Daarna terug naar de bus en om 19:00 uur vertrekken we weer richting camping. Wordt wel een heel andere avond dan de dinsdag dat ze aankwamen. Sjaan aan de port en Door aan de Sangria. Volgens mij zijn ze zo gek als een deur. Worden alleen verslagen door de demente schoonmoeder van Peter, die woensdag is aangekomen.
Donderdagmorgen hoor ik dat ze s’nachts, zo vals als alleen mijn zusjes het kunnen, het Wilhelmus hebben lopen zingen rond 02:15 uur in de nanacht op weg van of naar de toiletten. Weet ik niet precies meer. Zij ook niet volgens mij.
Donderdag een rustdag. Lekker naar het strand. De zee in en zonnen. Vinden in zee tussen een hele berg andere het inlegkruisje van Yvonne terug. “Hartstikke schoon”, zegt Door, en zwaait wat met haar arm. Vrijdag weer met het openbaar vervoer naar Barça. Nemen nu een andere toeristische busmaatschappij en rijden uiteraard de verkeerde kant op terwijl we naar park Grüel willen. Tweede halte overgestapt en natuurlijk komt dan alles goed. Is een prachtig park. Ontworpen door uiteraard Antoni Gaudí, die praktisch in zijn eentje half Barcelona heeft gebouwd. Zelfs na zijn dood gaat hij gewoon verder met de Sagrada. Heb ik zelf gezien.
Na het park wilden we naar de tramvia blue, maar die blijkt buiten werking, dus maar naar het Olympisch stadion gegaan. Ik weet dat mijn zussen gek zijn van voetbalstadions, en we hebben ze nu allebei gezien. Daarna naar de haven gereden en uitgestapt aan het einde van de Ramblas bij het beeld van Columbus. Het was weer bloedheet, en Sjaantje en Doortje waren inmiddels flink verbrand, wat ook de reden was dat we niet meer bovendeks maar in de schaduw beneden de bustocht vervolgden. Zoveel mogelijk in de schaduw zochten we opnieuw een restaurantje in één van de zijstraatjes van de Ramblas, en vonden het ook met nu een heel aardige bediening. Enfin, ook nu hadden we weer de bus van 19:00 uur, en na de koffie gingen we als gewoonlijk aan de wodka, whisky, bier, port en sangria. Niet dat we drinken, maar gewoon, voor de gezelligheid.
Zaterdag naar de abdij van Montserrat. Niet via de kortste weg natuurlijk, maar als je omrijdt is de wereld soms veel mooier. Volgens de kaart veertig kilometer, en volgens ons vijf en zestig. Maar mooi. Zo geweldig mooi. Prachtige bergweg er naar toe. Een heel aardige politieman die gedienstig een aantal pylonen weghaalde om mij als invalide doorgang te verlenen, waar gezonde mensen moeten stoppen, en daarna een escorte die ons voorging in een elektrische rolstoel met zwaailicht voor gezonde politieagenten, om aan te wijzen waar we mochten parkeren.
Evenals in Frankrijk trouwen ze ook in Spanje op zaterdag, en daar mochten we getuigen van zijn. Mochten alleen niet tekenen. Flauw. Kan zo mooi tekenen. Op de terugweg viel het ook mijn zusjes op dat er langs de grote weg nogal wat vrouwelijk schoon stond die zich kennelijk ter gebruik aanboden. Vroegen mij hoe dat ging toen ik één van hen toe-zwaaide. Alsof ik dat kan weten met mijn vrouw altijd bij me. Terug op de camping werd ik liefdevol verzorgd door mijn dwaze zusters. Kreeg een plaid om, met een knijper vastgezet opdat ik het niet koud kreeg bij een temperatuur van alweer zo’n dertig graden. Deden mijn schoenen uit en trokken mij mijn slippers aan om uit te rusten. Gaven me bier en wodka om niet uit te drogen, en waren zo uitgelaten dat ik met pijn in mijn buik van het lachen mezelf maar overgaf. Was toch niets tegen te doen.
Zondag de meiden weer op het vliegveld afgeleverd. De voortent afgebroken en maandag naar Narbonne in Frankrijk. Wilde ik altijd al eens naar toe. Met name het vestingstadje Carcassonne dat er dicht in de buurt ligt trok mij. Niet dus. Toen we er dinsdag naar toe gingen vanaf de camping waar we een eigen toiletunit op de staanplaats hadden en korting hadden gekregen als we de laatste ACSI-campinggids zouden hebben gehad waarin een kortingsbon zat, viel het wat tegen. We zijn gewoon verwend. Hebben vooral de laatste vijftien jaar zo geweldig veel gezien, dat het erg moeilijk wordt om dingen heel erg mooi te vinden. Gewoon mooi is eigenlijk ook wel leuk, en we vertrokken binnen anderhalf uur van de invalidenparkeerplaats die me daar werd toegewezen naar de sluizen van Beziers.
Schitterend zijn die. Zo mooi, tenminste, dat heb ik van horen zeggen, want wij hebben ze nooit gevonden. Kutsluizen. Kutvliegen. Zijn van die geniepige kleine zwarte vliegjes. Net ambtenaren. Steken kunnen ze ook. Kende ze nog van de Camarque. Binnen vijf uur ben ik één grote bult. Op mijn hoofd, buik, borst, armen, schouders, benen, overal zit bult. Volgens het meisje van de camping, dat er bij het afrekenen van uitging dat ik de ACSI-kortingsbon had -scheelde € 12,00 alleen omdat ik ja zei,- kwam het omdat ik er waarschijnlijk allergisch voor was.
Zou ik zelf nooit opgekomen zijn. Woensdag drie en twintig juni gaan we door naar een boerencamping. Vierhonderd en zestig kilometer richting huis. Lijkt me een mooi huis, want we worden toch wel een beetje moe. In de buurt van Macon ligt die camping. Volgens het boekje kom je daar tot rust. En dat kom je. Behalve dat Nederlandse echtpaar en Belgische stel hebben we alleen gezelschap van kippen en ezels.
’s Avonds Nederland zien winnen van de Letten, en heel zielig de Duitsers verloren van Tsjechië. Nederland door dus. Sinds Advocaat de pers door Van Hanegem laat doen gaat alles gelijk beter. Logisch. De beste voetballers zijn meestal de betere coaches. Weten echt waar ze mee bezig zijn. Heb ik in alle bescheidenheid uit ervaring.
Donderdag een gedeelte van de route der duizend meren gereden. Mooi. Na twintig meren heb ik een waterhoofd en gaan we naar Bourg-en-Bresse. Mooie stad, maar ze weten daar niet waar Nederland ligt. Geen krant te koop. Gaan lekker terug naar de camping en besluiten vrijdag vier en twintig juni naar Luxemburg te gaan.
Zijn van plan om naar Vianden te gaan, drie dagen te blijven en dan naar huis. Zou deze reis voor geen goud over willen doen, maar had hem ook voor goud willen missen. Achtduizend en drie honderd kilometer hebben we gereden, om op negenhonderd kilometer van huis te zijn? Vrijdag dus naar Vianden. Reden in één keer helemaal goed en vonden een uitstekende camping beheerd door alweer een Belg.
Vanaf de camping konden we via een achterdeurtje zo het centrum inlopen. Hebben we ’s avonds ook gedaan en gingen lekker uit eten. Hadden besloten niet meer te koken de laatste dagen. Scheelde mij een hele berg afwas, en voor Riekie was het ook minder werk. Vonden in het centrum een heel aardig restaurant die een toeristenmaaltijd aanbood voor een schappelijk prijsje.
De eigenaar liep rond in het tenue van de Franse ploeg. Idioot. Ik ben Frans zei hij tegen me. Toen ik daarop mezelf ook maar voorstelde moest ie nogal lachen. De eerste keer dat ik meemaakte dat er om mijn naam gelachen werd. Frankrijk wint vanavond met 4–1 voorspelde hij. Die één had hij helemaal goed. Jammer voor hem dat de Grieken er twee maakten.
Zaterdag naar Echternach geweest. Is niet zo leuk meer als vroeger en gingen maar naar de vlooienmarkt in de Duitse helft van Bollendorf. Daarna nog even naar Bitburg waar alle zaken gesloten waren en toen weer naar de camping.
Zondag gewinkeld in de Knauf, een heel leuk winkelcentrum tegen de Belgische grens aan en via een toeristische route terug. ’s Avonds in weer en ander restaurant gegeten langs het riviertje de oure en de vissen gevoerd met frites. Kregen veel te veel. Vonden de forelletjes niet erg. Maandag naar huis.
Wilden niet via Luik en toen we daar binnenreden stond het toch wel zo goed aangegeven dat we niet verdwaalden en om twee uur in de middag weer thuis na exact negenduizendvierhonderzeventig kilometer. Bijna een kwart van een rondje aarde. Maar, ik heb van elke kilometer genoten en zou de reis met heel veel plezier overdoen, maar dan in Italië.
Ton
